- aanpakken
- {{aanpakken}}{{/term}}1 [vastpakken] prendre2 [beginnen] aborder3 [aanvallen] attaquer♦voorbeelden:1 pak eens aan • tiens, attrape2 een zaak goed aanpakken • bien s'y prendreje zult harder moeten aanpakken • tu devras redoubler d'effortshij weet van aanpakken • il ne rechigne pas à la besogne3 iemand flink aanpakken • dire ses (quatre) vérités à qn.iemand ruw aanpakken • n'être pas tendre pour qn.¶ aanpakken! • attrape!
Deens-Russisch woordenboek. 2015.